SPANJE 1

Hier volgen de verslagen van de Camino gelopen in Spanje vanaf de Franse grens aan Middellandse zee tot aan de grens van Andorra.

 

Dinsdag 17 april 2017

Cerbère (FR) > Llanca  17,0 km 

GR92

Ik loop het grote blauwe verkeersbord voorbij: “Bienvenido en España”! Maar de vlaggen zijn hier nog steeds van dezelfde Catalaanse kleuren. Ik loop langzaam de berg weer af. Bij een klein tankstationnetje hoor ik al wel meteen Spaans. De eerste Spaanse plaats zie ik al snel: Portbou. De eerste wandelaar met een hond ziet er ook echt Spaans uit. Ook hier bevindt zich een groot rangeerterrein voor treinen. De treinen tussen Cerbère en Portbau kunnen er met een tunnel komen. Ik moet nu nog een keer naar beneden lopen langs slingerende wegen om er te komen. In het stadje zie ik helemaal bij het strand wel de eerste GR vlag. Ik ga vanaf nu verder op wandelpaden! Ik zie ook wat wandelaars met rugzakken in het stadje rondlopen. Ik neem eerst nog even koffie. Er zitten ook Franse toeristen die wat in het Engels bestellen. Ik doe het natuurlijk gewoon in het Spaans. In het barretje spreekt een man met een hele nare keelstem, die door merg en been gaat. Ik ga maar weer snel verder. Ik hoef geen slingerende paden meer te nemen, maar neem het wandelpad dat in één lijn rechtdoor de berg op gaat. Zo steek ik dezelfde autoweg wel een paar keer over. Boven op de heuvel vang ik in één keer wel heel erg veel wind. Ik kan er nog net blijven staan.

.

Ik kijk nu in de verte uit op mijn eindpunt deze 4-daagse tocht: Llanca. Ik loop die richting op via mooie geitenpaadjes met vele gele struiken. Ik kan mijn landkaartjes met de GR92 ingetekend goed gebruiken. Ik zie dan ook dat ik op een punt de spoorweg onder door moet om aan de andere kant van de spoorlijn verder te gaan. Dan volgen er een paar verlaten stranden en wat bospaadjes langs kliffen. Ik herken het haventje verderop. Ik loop al in Llanca als ik wat terrassen tegenkom. Er is eten en wijn beschikbaar ten overvloede.  Ik zou kunnen plaats nemen en gaan vieren dat ik het einde heb gehaald vandaag en deze vakantie. Maar ik wil eigenlijk helemaal terug naar hetzelfde mooie strandje verderop waar ik met Nelson vorig jaar ook was. Ik weet dat dat een goed eettentje was. Ik loop langs mooie strandjes waar wat mensen liggen te zonnen en een aantal ook zwemmen. Pas op het laatste moment realiseer ik me, dat het tentje waar ik heen wilde wel eens dicht zou kunnen zijn. Het is hier namelijk erg rustig. Voor de wijn en mijn lunch moet ik weer helemaal terug. Ik neem eerst dan maar een eerste echte frisse duik in zee. Het is kouder dan ik dacht. Op het terras staat er best wel een windje, ik krijg rook van rokers, van verderop het terras, in mijn gezicht en zoek een betere plek. Tijdens het eten krijg ik al weer haast om naar Barcelona gaan. Vanavond vertrekt daar mijn vliegtuig naar Nederland. Er rijden niet zo heel veel treinen naar Figueras. Ik probeer te liften. Ik heb er meer als een uur de tijd voor, voordat de eerste trein vertrekt. Niemand wil me echter meenemen die kant op. Ik spreek behoorlijk wat mensen aan die met hun auto voor het rode stoplicht staan. Ze moeten allemaal gewoon in Llanca zijn. Dan toch maar de trein. Ik moet in Figueras overstappen. Het blijkt niet het TGV-station te zijn buiten de stad. Het station herken ik dan ook niet, want daar was ik al eerder geweest. Er zit niets anders op dan de langzamere stoptrein te nemen naar Barcelona. In die stad stap ik op het juiste en dus niet laatste station (Passeig de Gràcia) uit om snel door te lopen naar Plaça Catalunya te lopen. Ik vraag nog maar eens welke kant dat op is, want alle straten lijken hier op elkaar. Ik kan daar zo de bus in naar het vliegveld. Het zit er weer op!

 

 

 

Foto's wandelvakantie: Perpignan 

Geschreven: 03 mei 2017

Donderdag 10 September 2016

Llança > Espolla 21,0 km

GR92 & GR11

NELSON

Ik was gisteravond laat in Barcelona aangekomen. Nelson was inmiddels behoorlijk gestrest geraakt over het wandelen.  Hij heeft nog nooit gewandeld in zijn leven. We zijn vannacht behoorlijk lang bezig geweest om alvast de rugtas klaar te zetten voor vertrek. Hierin zitten natuurlijk alleen de dingen die we echt nodig hebben.. Na niet meer dan 4 uurtjes slapen gaat alweer de wekker. We nemen de taxi naar het treinstation Sants Barcelona. We hebben even na zeven uur een rechtstreekse trein naar Llança gevonden. Hij doet er wel ruim 3 uur over. Ik wil eigenlijk wat onderuit zitten in de trein, maar op de vierkante stoeltjes is dat echt onmogelijk. We hebben te maken met de ochtendspits in de trein zo vroeg. Hij stopt op elke plek, en we moeten goed in de gaten houden dat we niet in slaap zijn gevallen als we juist in Llança zijn aangekomen.. Nelson is behoorlijk zenuwachtig over de trip. We zien wat donkere wolken boven de hemel verschijnen. Het landschap begint net voor Llança opeens te veranderen. Er verschijnen bergen aan de horizon. Nelson wordt bijna angstig bij het idee om hier naar boven te moeten klimmen. In Llança lopen we vanaf het station op het gevoel af naar het strand.. Niet veel later zien we de Middellandse Zee liggen. Met een trap komen we helemaal beneden. Al gauw zie ik rood/witte markeringen. Ik denk al meteen dat dit misschien onze GR11 is, maar het blijkt de Gr92 te zijn die langs de Costa Brava loopt.

.

We blijven deze volgen tot we bij een koffietent komen. We kunnen er ook wat eten. Bij de bar tref ik een reisleider aan. Hij kan me vertellen dat we naar de Tourist Office moeten voor meer informatie over de GR11. Nelson ziet het nu al niet meer zitten en gaat op zoek naar een hotel in Llança. Ik kan hem een gratis hotel aanbieden. Ik ga nog even zwemmen in zee en we liggen wat op het strand. Nelsons besluit staat vast, hij blijft hier vanavond. Geen wandelen voor hem, veel te warm! Via de kust lopen we nog wat verder naar de haven, volgens Nelson een hele omweg. Daar vinden we de Tourist Office, maar voor de GR11 moeten we bij de Tourist Office zijn bij het station. Zijn hotel is daar vlakbij en ik ga met hem mee om in te checken. Zo kan ik ook nog even gebruik maken van het zwembad. Dan laat ik hem verder alleen. Ik wil het oude centrum nog even in. Ik koop er nog wat gedroogde pruimen, noten en flessen water. In de winkel voor de kassa laat ik deze in mijn waterzak leeg lopen. Ik probeer nog een leesbril op de kop te slaan. Maar de Apotheek is gesloten tot half vijf, en daar ga ik niet op wachten. Hopelijk schijnt de zon de komende dagen, dan kan ik de wandelgids nog enigszins lezen. Dan ga ik bij de kerk nog even lunchen. Voor mijn gevoel ga ik daarna pas echt op pad. De wijzers van de kerktoren staan al op half 3 als ik bij de Tourist Office bij het treinstation de borden van de GR11 zie. Ik steek de drukke verkeersweg over. Ik loop het eerste stuk wat op een stoffig stuk, een busje laat wat stof opwaaien.. Het is 30 ℃, dus ik zweet al gauw. Ik loop langzaam omhoog tussen de olijfbomen. Het lijkt voorlopig dat de GR11 aanwijzingen goed staan aangegeven op de route. Ik hoef me nog geen zorgen te maken om verdwaald te raken.Nog lang zie ik achter mij de Middellandse Zee liggen. In een dal loop ik met een omweg naar de lager gelegen kapel. Het pad maakt deze omweg vanwege een waterbron, begrijp ik later. Ik kom een wat gezette zwetende man tegen zonder shirt. Geen echte GR11 loper, maar een toevallige passant. Dan kom ik een Engelse jongeman tegen met hoed. Hij is wel iemand die het hele traject van West naar Oost loopt, en nu dan bijna klaar is met de Middellandse Zee in zicht! Hij geeft mij heel enthousiast behoorlijk wat tips over de gehele GR11 mee. Voor mij is de weg nog lang! Ik loop richting Villamaniscle, het eerste echte dorp. Het is er een beetje uitgestorven, ik kan er niemand naar de weg vragen. Maar met mijn kaartje en de stand van de zon, lukt het me om de juiste pad te kiezen. Ik zie nog een paar GR11 wandelaars bepakt en bezakt mijn kant op komen. Na een lichte afdaling moet ik nu weer verder van de GR11 af voor mijn overnachting. Over de weg loop ik naar Rabos. Ik steek daar de brug over en loop door smalle paadjes omhoog naar de dorpskern. Door een open deur zie ik een oude Spaanse vrouw op haar hurken tomaten aan het snijden. Ik spreek een aantal oude vrouwen aan in het dorp. Zij genieten van de avond zon op een bankje. Even later komt er nog een oudere man aan gewandeld. Hij kan me de weg naar Espolla wijzen. Via de weg wil ik liever niet, dus hij wijst me de mooiere onverharde variant, en hij wil dat ik zijn uitleg in het Spaans aandachtig beluister. Een hijskraanchauffeur verderop kan me niet helpen, maar de oude man heeft het goed uitgelegd. Even later verschijnt Espolla aan de horizon. Ik heb bijna vier uur non-stop gelopen, dus ik ben behoorlijk moe. Ik vind er gelukkig snel het eetcafé “La Fraternal” en bestel er thee en later natuurlijk weer wijn. Er komt iemand het café binnenlopen, die vraagt of ik “Johannes” ben. Ik ben de enige toerist hier, die in dit dorp overnacht. De eigenaresse van het hotel werd zo tegen zeven uur s ’avonds al een beetje ongerust waar ik bleef. Dus het nieuws is gauw het hele dorp rond. Ik slaap in een oud kasteel. De eigenaresse wijst me vanuit mijn raam nog op de binnenplaats van het gebouw. Ik ga voor het avondeten weer naar “La Fraternal”. Veel keuze heb ik overigens niet in het dorp. De tafel is al gereserveerd. Er komen nog 5 oudere Fransen bij. Het blijken kennissen van de café-eigenaar. De eigenaar van het kasteelhotel kom ik nog tegen in de eetkamer voor dat ik naar bed ga. Ze wonen ook gewoon in het kasteel.Hij vraagt waar mijn medewandelaar is, aangezien ik voor 2 personen geboekt had. Ik laat het maar een beetje in het midden wat er precies gebeurd is. Vanuit mijn bed, kijk ik door het grote open raam, over de door de maan verlichte daken van het dorp.

Foto's wandelweekend:  Espolla

Geschreven 16 September 2016

 

Vrijdag 11 September 2016

Espolla > La Jonquera 26,9 km

GR 11

Op mijn verzoek wordt mijn ontbijt een half uurtje eerder klaar gezet, en wel om half acht. Ik moet dan wel zorgen dat ik de door mij gevraagde tijd ook aan de grote eettafel zit. Het lukt maar net. Volgens de eigenaar moet ik mij voorbereiden op het plaatsje La Jonquera. Het zou er vol zitten met prostituées en vreemde lui. Ook moet ik oppassen voor de hitte. Na het eten ga ik nog even op het balkon staan naast de eetzaal. Je hebt hier mooi uitzicht op 2 straatjes van het dorp. Als ik later op 1 van die straatjes loop, roept de eigenaar mij vanaf ditzelfde balkon nog toe. “Je kunt beter via het kerkje lopen!”. Ik volg zijn raad op, en krijg op deze manier het beste van dit mooie dorp te zien. Tussen de wijnvelden klim ik langzaam verder omhoog. Ik eet een paar blauwe druiven voor de dorst, ze smaken zoet! De bestuurders van enkele auto’s, die voorbij komen, zwaaien nu naar mij. In het dorpje Els Vilars houdt de asfaltweg verder op. Vele honden in de tuintjes blaffen lelijk naar mij in dit stille dorp. Ik blijf langzaam door stijgen en kan nog lang het dorpje Espolla met de kerktoren achter mij zien. Lang blijf ik op een breed, naar boven slingerend pad lopen. Onder de bomen pauzeer ik even, hier is het lekker koel. Pas na een paar uur kom ik de eerste wandelaar tegen, een Britse vrouw alleen. Ze wil graag een praatje met mij maken om te weten hoe het mij vergaat. Zij is al 45 dagen onderweg op de GR11 vanaf de Golf van Biskaje en wil weten hoe ver het voor haar nog is naar de Middellandse Zee. Die vraag kan ik natuurlijk goed beantwoorden. Later kom ik nog 2 jongens tegen. Eén hangt in een hangmat er aan een boom aan en leest wat in een boekje. De ander ligt op zijn tentdoek te slapen midden op wandelpad. Ik moet er even omheen lopen. Ook een andere Spaanse jongen die ik hier tegen kom, hebben allemaal gemeen: Ze zien er vermoeid uit! Ik zie een stel met een kind samen met ezel uit een zijpad komen. De ezel is zwaar beladen met hun bagage. De ezel is blijkbaar koppig, want ik zie de hem met zijn kop de verkeerde kant op staan. De man tikt de ezel wat tegen zijn achterwerk om hem weer op het juiste spoor te krijgen.  Volgens mijn boekje moet er verderop een restaurant zijn, bij Requesens. Als ik tussen de koeien loop en ook tussen de verse koeienvlaaien, denk ik dat ik verkeerd zit. Toch zie ik verderop onder de bomen eettafels staan. Een meisje zit daar alleen te genieten van de rust, ze is nu nog de enige klant. Het is hier toch echt het “La Cantina”, waar ik naar op zoek was. Het meisje blijkt uit Berlijn te komen. Ze vertelt mij dat de route verderop nogal ruw is. Ze laat de schrammen op haar armen zien. Ook is de route nogal vaag. Ze zegt dat ik het later allemaal wel zal begrijpen. Tevens waarschuwt zij mij voor de vele prostituées in het dorp La Jonguera. Het geeft nogal een vreemd sfeertje volgens haar. Ik bestel een tomaten salade met olijven. De vrouw van het restaurant heeft een eigen moestuin hier naast het restaurant midden in het bos. Alles is dus vers en met deze hitte smaakt alles dubbel zo goed. Even later komt ook het stel met baby en ezel aan gewandeld. De ezel wordt even verderop met touwen aan een hek vast gezet. Het blijken ook Duitsers te zijn. Ze volgen een route van 1 week door de Pyreneeën, maar dan alles per ezel. Onder de bomen op de eettafel wordt de luier verschoond van de baby. Wat later komen er Jeeps aangereden. Er stappen Mountainbikers uit, die hier willen beginnen met hun race. Ze willen eerst gaan lunchen. Het is dus gedaan met de rust. Het is voor mij dus tijd om weer verder te gaan. Ik vertrek en loop eerst langs de moestuin van de mevrouw hier van “La Cantina”. Dit blijkt niet de goede richting te zijn, ik moet weer terug naar de eettafels. Als ik iets verder iets omhoog loop, zie ik daar de rood/witte bakens weer. Ik kan nog kiezen voor een 20 minuten wandeling naar Castel Requensens, maar ik wil snel door naar La Jonguera. Een Spaanse vrouw komt van de andere kant lopen, en vraagt of ze al gauw bij “La Cantina” is. Ik kan haar blij maken. Ik moet goed op blijven letten om geen GR11 bakens te missen. Soms zie ik ze op het laatste moment. Het zijn hele oude tekens en soms komen de witte en rode kleuren niet goed door.

.

Ik kom langs een plek die ik herken van een foto uit het GR11 boekje. Ik zit dus nog goed. Niet veel later begint er een gebied met veel hoge stekelige planten. Je krijgt er striemen van op lichaamsdelen die geen bescherming hebben door kleding. Ik heb mijn korte broek en T-shirt met korte mauwen. Ik begrijp nu waar de Duitse het over had eerder op de dag. Ik zit nu ook onder de schrammen en ben ook de route een beetje kwijt. Als ik op een kleine heuvel sta, zie ik dat op een andere heuvel juist weer een rood/witte baken staat van de GR11. Dit ging nog net goed. Daarna ben ik weer aan het gokken welke kant ik op zou moeten gaan. Ik zie een teken met alleen rode verticale streep. Ik denk heel even dat dit het pad wel zou kunnen zijn. Ik kijk over de heuvel al naar beneden, en zie La Jonguera. Er staan veel vrachtwagens langs gebouwen en ik zie de grote weg naar Gerona (Spanje) met Perpignan (Frankrijk) verbindt. Het pad met de verticale strepen lijkt rechtstreeks naar dit plaatsje te voeren. Ik daal al veel af en terug gaan is al geen optie meer. Als later het pad naar links afbuigt zit ik even met een probleem. Blijf ik dit pad wel de verkeerde kant op volgen? Ik ga nu dan maar op de bonnefooi verder. Er zijn paden en zijpaden genoeg. Toch is het lastig om juist een pad te vinden dat naar beneden loopt en de juiste richting op gaat richting La Jonguera. Er komt bij mij een onbehaaglijk gevoel naar boven dat ik hier midden in het bos geen weg meer naar beneden kan vinden. Ik zie iets omhoog van mij een oud gebouw staan, maar kan deze niet bereiken, en bevindt zich een diepe kloof tussen dit gebouw en mij. Als ik verderop denk dat ik echt verkeerd loop en mij naar rechts omdraai, zie ik juiste tegen een boom een rood/witte baken als teken dat de GR11 zich hier bevind. De boom staat langs een smal wandelpad dat mijn breder pad hier doorkruist. Als ik nu juist dit smaller pad de andere kant op loop, ga ik weer richting La Jonguera en loop ik weer over de GR11. Het geeft mij een opgelucht gevoel. Ik wandel een half uur later het plaatsje La Jonguera aan de bovenkant binnen. Een Spaanse avontuurlijke jongeman alleen met rugzak staat hier op een kruispunt te praten met een vrouw uit het dorp. Hij is ook benieuwd naar mijn verhaal. Hij wil weten waar hij zijn tent goed op kan zetten langs de route verderop richting Espolla. Ik loop verder naar beneden en zie een bushalte. Ik vraag ook aan een voorbijganger de vertrektijden, maar ook hij kan het niet beter maken dan het is. Nog urenlang geen bus. Ik wil in ieder geval eerst even wat eten. Ik vind een klein pleintje met een tentje waar ik buiten kan zitten in de schaduw met een wijntje. Na wat te hebben gegeten kan ik er ook mijn taxi bestellen. Die staat al niet veel later voor mij klaar, naast het terras. Onderweg naar Figueras zie ik de beloofde prostitués. De taxichauffeur zegt dat er beste mooie dames bij zitten en vraagt of ik interesse heb. Ik zeg dat ik toch liever de trein wil halen naar Barcelona. Het wordt helaas wel een boemeltje naar de stad. Het duurt dan ook meer dan 3 uur bij elkaar. Maar er is nog tijd genoeg om die avond in Barcelona wat na te genieten van mijn 2-daagse wandeltocht. Ik zit die avond weer met Nelson op een terras wat te eten en te drinken. Hij heeft gisteren genoten in Llança, maar was vanmorgen al weer gauw vertrokken naar Barcelona. Ik bezoek het strand de volgende dag nog in Sitges en kan zo lekker uitrusten voor de terugreis naar huis.

Foto's wandelweekend:  Espolla

Geschreven: 5 december 2017

Zaterdag 26 augustus 2017

La Jonguera > Macanet de Cabrynes  20,6 km

GR11

Door het late inpakken van mijn spullen ben ik pas na middernacht gaan slapen afgelopen nacht. Om kwart over twee gaat de wekker al weer af, dus dat is wel weer heel erg snel. Ik neem van mijn huisgenoot Carlos afscheid. Hij zit nog op het dakterras en leeft nog in de vorige dag. Ik stap op de trein naar Schiphol en ben daar ruim op tijd. Alle tijd om met koffie daar pas echt wakker te worden. Ik kan nog wel een half oog dicht doen op de vlucht naar Girona. Op de luchthaven moet ik nog even wachten op de bus naar de binnenstad. De kaartjesautomaat daar op het trein station is voor mij niet zo gebruiksvriendelijk. Ik mis hierdoor net de eerste trein naar Figueres. Het geeft mij wat tijd om wat te eten en boodschappen te doen voor mijn tocht de komende dagen. Ik kan in de supermarkt maar niet besluiten wat te kopen. Het blijft slechts bij instant koffie en wat chocola en pinda’s. Vanaf treinstation van Figueres Vilafant moet ik met een bus naar het centrum van Figueres. Maar daar kan ik dan uiteindelijk instappen in de bus naar La Jonquera. Daar is het beginpunt van mijn wandeling deze vakantie. Ik loop naar het voor mij bekende pleintje, maar het restaurant waar ik wil gaan eten is nog dicht. Ik vind er een goed ander alternatief. Om twee uur s ‘middags vertrek ik met een goed gevulde maag. Ik ga op pad om te beginnen aan een nog onbekend avontuur. Ik loop om wat tijd te winnen, over de autoweg richting Agullana en Vajol. Ik had in de bus al verkeersborden gezien met deze plaatsnamen. Ik kan de weg er na toe dan ook gemakkelijk vinden en ik loop door een tunnel de autosnelweg onderdoor. Op het warme asfalt stap ik flink door. Pas in Vajol gun ik mezelf tijd voor de eerste pauze. De eerste 11 kilometer lijken snel voorbij gegaan, ik voel me nu nog fit! Ik kan buiten op een verhoogd klein bordes van een restaurant zitten. Alle andere klanten zitten binnen bij de airconditioning. Daar proef ik de eerste keer deze vakantie aan de typische Catalaanse Uiensoep. Er drijft een rauw opgeklopt ei in. Daarna ga ik op zoek naar de GR11 trail. Ik vind hem gemakkelijk. De eerste bakens met rood/witte strepen zijn weer door mij getraceerd. In Vajol zie ik 2 Camino-gangers vermoeid liggen uit te rusten of te slapen op een bankje.

.

Ik ga nu dus verder op onverharde wegen en loop het bos in. Het begint al behoorlijk te heuvelen. Dit is pas echt wandelen! Het gaat soms ook echt stijl naar beneden. Mijn wandelstokken heb ik nog onaangetast aan mijn rugzak hangen. Mijn knieën hebben het even zwaar. Het is nu in de avond wel wat koeler geworden. Blijkbaar zijn er meer wandelaars die er de voorkeur voor geven meer in de avonduren te lopen i.v.m. met de hitte. Ik kom een aantal enthousiaste GR11 wandelaars tegen, die er vermoeid uit zien. Ik loop nog een heel klein stukje over asfaltweg, maar loop verder weer het bos in. Het wordt ook al langzaam donkerder onder de bomen. Ik wil toch echt wel voor het donker bij mijn eindbestemming zijn. Het blijft zo eind augustus in Spanje nog lang licht. Als ik uit het bos kom valt het met het donker ook wel weer mee. Het geeft me enigszins wel een onveilig gevoel om deze tijd een groot bos in te lopen. Als ik deze tijd later in de avond verdwaald raak, heb ik een probleem met de dusiternis. Ik loop echter op tijd in vol licht Macanet de Cabrynes gewoon binnen. Een mooi oud stadje, maar de hotels zitten vol. Ik loop er bij 3 naar binnen, maar ze kunnen me niet helpen. Er is een camping buiten de stad, dit is nog even 2 kilometer doorlopen. Ik ga maar snel zonder klagen die kant op, terwijl ik mij best wel afgemat voel. Bij een riviertje zie ik een groepje Spanjaarden lekker zwemmen. Ik zou ook wel willen, maar wil toch snel mijn tentje hebben staan op de camping. Na mijn dik verdiende biertje, kan ik mijn nieuw aangeschafte tent helemaal achter op de camping zetten, waar de heuvel naar beneden loopt. Het begint nu wel aardig te schemeren. Ik heb in Nederland eigenlijk geen tijd gehad om de tent als proef op te zetten. Nu kom ik er achter dat de haringen er niet bij zitten! Ik probeer het even zonder haringen. Ik moet ook bij het opzetten van deze tent de wandelstokken gebruiken. Ik druk deze even aan om het zeil er goed onder te krijgen. Spontaan breekt een wandelstok definitief in tweeën. Het tent opzetten, moet ik duidelijk nog leren deze vakantie. Ik krijg met behulp van dicht bijstaande bomen het tentje zodanig overeind dat ik er misschien wel in zou kunnen slapen. Mijn rugzak gebruik ik nog eens als muur, het moet nu gaan lukken vanavond. Ik ga even zitten op het terras. Op de tafels staan allemaal borden uitgestald voor het avondeten. Ze blijken niet voor mij te zijn, want ik wordt al snel weggejaagd van de nog lege eettafel. Ik mag binnen in de benauwde kantine zitten. Ik bel even naar Nederland om te vragen of mijn speciaal gekochte vederlichte haringen misschien bij mij thuis in de kast liggen. John Looijmans vliegt morgen naar Spanje en zou het nog mee kunnen nemen. Mijn huisgenoot Carlos laat ik driftig door al mijn privé-spullen gaan. Het levert echter geen resultaat. Het was een lange dag vandaag. Vanuit mijn tentje in mijn slaapzak, hoor ik in de nacht veel honden blaffen in de verte.

Foto's wandelvakantie: Andorra '17

Geschreven: 22 september 2017

 

Zondag 27 augustus 2017

Macanet de Cabrynes  > Albanya  15,1 km

Met John Looijmans

GR11

Ik verwacht John later op de middag in Albanya. Dat is slechts 15 kilometer verderop, dus ik heb geen grote haast deze morgen. Het ontbijt is pas vanaf negen uur, en ik doe alles lekker rustig aan. Er wordt echt een goed stevig ontbijt geserveerd met gebakken eieren en spek. De temperatuur in de morgen was lekker. Maar nu ik mijn droge tent opgevouwen en weer ingepakt heb, voel ik de zon al gloeien. Tegen tien uur verlaat ik de camping. Ik zit nog even van de route af, dus loop ik over de asfaltweg richting de GR11 met zijn witte/rode strepen als baken. Een kleine 2 kilometer later zie ik ze dan weer verschijnen. Ik loop dan weer verder op onverharde wegen. Het is goed opletten in het bos waar de bakens precies staan, ik wil er geen enkele missen. Ik maak echter al snel een misser. Ik vertaal het teken dat op de splitsing staat, voor rechtdoor. Ik check niet genoeg of het misschien rechtsaf is. Een half uur later ben ik hier weer terug. Ik loop iets verder de rechter kant op, iets verder dan daarnet om te kijken of hier iets staat aangegeven. Nu zie ik onderaan een stoep wel een teken staan. Het maakt mij nu meer alert voor het vervolg. Niet zomaar aannemen dat iets zo is. Bij twijfel eerder teruglopen. Ik blijf nu alles scannen tot in mijn ooghoeken. Het lijkt door de onverharde paden en de uitgestrekte bossen, behoorlijk afgelegen. Toch komt er een Jeep gewoon voorbijrijden. Ik passeer een aantal oude ruïnes.

.

Het GR11 boekje geeft aan dat er bij Refuge de Seglar iets te drinken of te eten te verkrijgen valt. Ik zie zelfs een bordje staan dat er Coca-Cola te koop is. Bij aankomst zie ik echter dat de refuge door een houten hek met een dikke ketting hermetisch is afgesloten. Een Aziatische uitziende jonge wandelaar die ik tegenkom, kan ik alvast waarschuwen dat de refuge niet meer open is. John Looijmans stuurt inmiddels berichtjes dat hij in de trein zit naar Figueres en later in de bus naar Albanya.Ik geef door dat ik daar een mooi plein gevonden heb achter de kerk. Ik zie later ineens John verschijnen bij de kerk. Ik ben voorlopig even niet meer alleen. Op het plein, waar we nu zitten, geeft uitzicht op een mooi vallei. Onder de schaduw kunnen we wat verkoeling vinden. Het restaurant maakt voor ons o.a. een grote salade klaar. John L kan aan zijn 1ste glas wijn beginnen in zijn vakantie. Het avontuur kan beginnen voor hem. Naast ons staat nog een tafel waar een familie met 2 jonge kinderen zitten. Zij lopen ook de GR11, alleen dan in tegengestelde richting. Zij lopen met volledige bepakking en gaan verderop kamperen. Wij doen de iets luxere variant vandaag. De ober zegt dat we alles kunnen laten staan als we klaar zijn. Hij sluit het restaurant straks af voor de siësta. Wij nemen alle tijd om van de fles wijn te genieten.

.

Aan het einde van de middag lopen we naar het Bassagoda Park. We hebben daar een bungalow afgehuurd. Ik was nog snel even wat kleren en leg die te drogen op het bordes van het huisje op een droogrek. Dan gaan we genieten van het mooie weer. We duiken even later het zwembad in. Op het grasveld kunnen we in de zon een plekje vinden voor onze handdoeken. Het voelt aan als een echte vakantie! Relax en relax is ons motto vandaag! Aan mijn hielen hangen wel wat vellen van oude blaren half los. Een eerdere wandelvakantie op Corsica hebben wat sporen achter gelaten. Met zwemmen geeft dit een raar gevoel aan mijn voeten. Terug in het huisje kan ik John nog eens duidelijk maken hoe blij ik ben met zijn komst, mocht hij daar nog aan twijfelen. In het supermarktje in het Bungalowpark kunnen we wat inkopen doen. We vinden er een blauwe propaan/butaan gasvulling om mee te koken in de bergen. Ik heb hiervoor uit Nederland een kampeer pannenset meegenomen. Ons ontbijt en lunch voor morgen kunnen we er ook helemaal regelen. We vinden er koffie, melk, yoghurt, eieren & croissantjes en brood. Ook metalen tentharingen heb ik in de schappen kunnen vinden. Ze zijn helaas wel wat zwaarder dan de vederlichte versie die bij mij thuis ligt. Op het terras van de camping bij het zwembad drinken we nog wat wijn. Ook voor het avondeten hoeven we niet van het bungalowpark af.

Foto's wandelvakantie: Andorra '17

Geschreven : 29 september 2017

Maandag 28 augustus 2017

Albanya > Sant Aniol  16,3 km

Met John Looijmans

GR11

Vanmorgen kunnen we zelf ons ontbijt kunnen verzorgen. In het keukentje van het zomerhuisje kunnen we koffie zetten en eieren koken. De ontbijttafel kunnen we vol zetten met onze etenswaar die gister is gekocht in de supermarkt. Zodoende kunnen we met een gevulde maag van huis en een lunchpakketje maken voor onderweg. Het is al lekker weer buiten en we nemen nog tijd voor een koffie op het terras bij het zwembad. Na de sleutel te hebben ingeleverd, vertrekken we bepakt en bezakt met onze bagage. Het eerste stuk lopen we op een asfaltweg die slingerend omhoog gaat de berg op. Het is af en toe best stijl omhoog. We zien ook gele tekens langs de weg voor waarschijnlijk trail-hikers, die hier een meer kortere route kunnen nemen. Wij vragen ons af hoe op sommige punten wandelaars hier omhoog kunnen klauteren of naar beneden denderen zonder ongelukken.

.

Er rijdt af en toe een auto voorbij. Een auto staat aan de kant bij een bocht. De passagiers van de auto staan naast de auto om van het uitzicht te genieten. Als je de route wandelt i.p.v. autorijdt, geeft het uitzicht je natuurlijk een veel meer bevredigend gevoel. Vanuit een openraam van een voorbijrijdende auto worden we aangemoedigd. Het blijkt de ober uit het restaurant van gistermiddag uit Albanya te zijn. Hij heeft een lege fietsendrager op zijn auto zitten, dus waarschijnlijk heeft hij wielrenners de berg op gebracht. We blijven dit keer heel lang op een verharde betonnen weg lopen. Er zijn geen bankjes om even te rusten beschikbaar. Doordat de afgrond stijl naar beneden is, kunnen we met onze benen over de rand van de weg hangen, en hebben we zo een rustbankje. We eten alvast iets van onze lunch. Ik voel iets steken in mijn lies. Er vliegt iets uit mijn korte broekspijp. Ik realiseer me dat ik ben gestoken door een bij. Ik zit iets te veel in de natuur! John trekt zijn schoenen even uit en ik zie het begin van een blaar op zijn hiel. Met Compeed-tape proberen we erger voorkomen. De nieuwe wandelschoenen zijn dan misschien toch niet voldoende ingelopen in Nederland. Het is wel heel veel Bassagoda vandaag. Bassagoda park vanmorgen. We zitten in het gebied dat Salines de Bassagoda heet. Nu is het ook Col de Bassagoda (Pas) en we zien ook links van ons Puig de Bassagoda (Top) liggen. We kunnen hem beklimmen, maar echt tijd hebben we niet daarvoor. We zijn al aan de late kant. John krijgt echt last van zijn voet. De blaar op zijn enkel begint pijn te doen en we moeten het wat minder snel doen vandaag

 

 

.

. Een extra pauze lassen we ook nog even in. De paden gaan volgens John maar eindeloos door, er komt geen einde aan. We komen een jonge enthousiaste Spanjaard tegen die alleen de GR11 loopt, van West naar Oost. Ik maak een kort praatje met hem, en hij kan wat info geven hoe lang het nog is naar Saint Aniol. Wij doen deze etappe naar Aniol vandaag, hijzelf een dubbele. Hij is vertrokken vanuit Beget vanmorgen. Daar zijn wij pas einde van de dag morgen, als alles goed gaat. We voelen ons wat gekleineerd. We zijn dus onderweg naar Oniol waar een kerkje en bronnen zijn. Je kunt er ook zwemmen. Er staan aanwijsborden langs ons wandelpad en deze spreken elkaar nogal eens tegen. Eerst blijkt Oniol nog 1.30.u. te zijn. Maar na een 20 minuten lopen is het opeens nog 1.35.u. Dat is natuurlijk als we moe worden heel irritant. Voor John begint het nu langzamerhand echt zwaar te worden. “Ik ben meteen genezen” zegt hij tegen mij. Een vervolg met een bergtocht zit er met hem dan helaas niet meer in. Ook voor mij een flinke teleurstelling. Er staan ook al borden waarop Sadernes staat. Dit is de plek waar wij onze tent willen neerzetten vanavond. Hier zou een camping en een restaurant zijn. Het is wel iets van de GR route af. Ik vraag een jongeman waar wij misschien kunnen zwemmen bij Aniol. Hij wijst ons nog verder omhoog. Na nog eens 20 minuten zien we dan het kerkje van Aniol. We gaan er heerlijk even zwemmen, om wat af te koelen. Er zijn nogal wat jongelui, die daar bivakkeren. Er staan tenten opgesteld op een veldje bij het kerkje. Iets wat vroeger een klooster is geweest, wordt opgeknapt tot een refuge. Er klinkt veel getimmer en zaagmachines van werklui. Er hangen ook wat mensen bij het riviertje, die wat eetpannen schoonmaken. In het kerkje zitten ook wat mensen. Er staat ook Cocacola, maar deze zijn helaas niet te koop. Wij maken dan maar wat warme koffie. Ik vis hiervoor wat water uit de rivier met het pannetje van het kookstel. Ook onze watervoorraad is er bijna doorheen, dus die moeten we hier ook bijvullen. Op een grasveldje liggen wat hippies te roken. En ik zie er eentje in een hangmat liggen. Als we verder lopen zien we veel witte doekjes aan de kant onder de bomen liggen. Volgens John zijn dit afwerkplekjes voor homo’s. Ik denk eerder aan een open openbare toilet.

.

We volgen weer de borden naar Sadernes, en moeten zelfs nog wat klimmen. We lopen langs hele diepe afgronden. Als je hier een misser maakt, lig je honderden meters beneden in het ravijn. Een enkele ketting helpt ons soms om gemakkelijker voorbij een gevaarlijk punt te komen. Dan dalen we langzaam af naar beneden. We horen al mensen praten beneden, waar ook een huis staat. Het is verder weg dan het klinkt. Bij een dam, kunnen we de rivier gemakkelijk doorwaden. We laten even de wandelborden naar Sadernes voor wat het is. Het grote pad is sneller, we hebben het even gehad met verkeerde aanwijzingen. Het zet ons steeds op het verkeerde been, en maakt ons saggerijnig. We vragen aan Spanjaarden of we nog goed zitten. Ze kunnen het bevestigen. Pas tegen half acht s ’avonds bereiken we het kerkje van Sadernes. Naast de kerk staat een oude herberg. We drinken er eerst wat bier aan een tafeltje buiten. Er vliegen nogal wat wespen om het tafeltje heen, maar binnen is het te benauwd. We moeten echt even bijkomen. Het was te veel voor de eerste echte wandeldag van John. John trekt zijn bergschoenen uit. Ik zie een hele grote bloedblaar op zijn ene hiel, en ook een kleinere aan de andere hiel. Dit moet pijnlijk voor hem zijn geweest. De wonden moeten voor morgen stevig worden opgelapt om verder te kunnen. Onze tent kunnen we op het hiernaast gelegen camping opzetten. Ditmaal met haringen, dat gaat toch echt makkelijker. De douche laten we voor wat het is, we hebben min of meer al gedoucht bij Aniol. Een klein winkeltje op de camping verkoopt broodjes voor de lunch vanmorgen en wat chips. Terug in de herberg kunnen we goed eten. We vieren ondanks alles dat we hier zijn aangekomen vandaag. We zitten behoorlijk afgelegen want in en om de herberg zijn we onbereikbaar voor alle ontvangst. Volgens de herbergober is er alleen ontvangst op de camping. In de tent is het behoorlijk vol met spullen van nu 2 wandelaars. Het geeft ons weinig ruimte, maar door alle vermoeidheid van de dag, kan het ons niet veel schelen.

 Foto's wandelvakantie: Andorra '17

Geschreven : 05 oktober 2017

Dinsdag 29 augustus 2017

 Saint Aniol > Beget 15,5 km

 Met John Looijmans

GR11

 

In het begin van de nacht was het nog behoorlijk benauwd van de warmte in de tent. De toilet staat net even iets te ver voor een nachtelijke wandeling, dichterbij kan het ook op een meer gemakkelijker manier. Nu in de ochtend koelt het dan toch genoeg af om toch nog even geheel in de slaapzak te kruipen. Bij het aanbreken van de dageraad, hoor ik s ’morgens vroeg een haan kraaien. We kunnen pas om 9 uur ontbijten bij de herberg, dus we hebben alle tijd om te douchen. Als we aan tafel zitten hebben we de tent al opgerold en ingepakt. De rugzakken staan al klaar op het muurtje bij de herberg voor vertrek. Na het ontbijt wil John zijn hielen nog behandelen met materiaal uit de First Aid Kit die ik meegenomen heb. Ik heb nog nooit zo’n Kit meegenomen voor een hike, maar deze wordt nu al na een paar dagen wandelen opengetrokken. Hij kan de wonden hiermee wat dicht tapen en verbinden. Volgens John kan hij er best mee lopen en voelt hij er tijdens het lopen weinig van. Ik heb wel behoorlijk mijn twijfels, want de wonden zullen niet helen, alleen maar erger worden tijdens het lopen.

.

We vetrekken pas na half elf na alle oponthoud. Het belooft vandaag een super hete dag te worden, en we voelen de hitte meteen al in ons nek. Langs mooie paden lopen we weer richting Aniol. We merken dat we gister zijn omgelopen, we hebben deze mooie zwempoelen toen gemist. Wandelaars vragen of wij nu niet even gaan zwemmen hier. We gunnen ons er geen tijd voor. We zien weer rode/witte strepen van de GR11, en merken dat we op deze plek gisteren ook naar Aniol gelopen hebben. Het kerkje met het klooster zien we ook weer. Nu zetten we er ook weer even koffie net zoals gister. We zijn er nu ook weer niet alleen. We lopen later ook weer langs de kliffen. Nu kunnen we er meer van genieten. We zijn meer uitgerust. Alles lijkt mooier. We zien hier het bordje “Sadernes” naar beneden ook weer. Wij gaan nu rechtdoor richting Talaixa, we komen eindelijk weer op nieuw vers terrein. We passeren een aantal verlaten dorpjes. Het zijn niet meer dan een paar ruïnes, van waar vroeger boerderijen moeten hebben gestaan. De planten vreten de ingestorte muren langzaam op. Ik zie een zwart varkentje van ver tussen de oude huizen naar ons kijken. Als we iets dichterbij komen, draait hij zich snel om, en maakt hij dat hij snel weg komt. Bij Talaixa aangekomen zien we op een heuvel een huis staan waarop aangegeven staat: “Cafetaria Open:”. Het geeft ons goede moed voor iets te drinken en wat te eten. Ik klim wat naar boven naar het huis. Maar alles lijkt afgesloten te zijn. Ik loop het huis voorbij en zie dat er verderop ook een kerkje bevind. Ik zie geen teken van enig leven, en loop al weer terug. Op dat moment komt er een vrouwtje een schuur uit lopen. Ze gaat in haar tuin aan het werk. Ze ziet John beneden zitten op een bankje. Ze vraagt of hij misschien heel moe is. Ik vraag of ze koffie en iets te eten heeft voor ons. Dat heeft ze niet maar ze haalt wel Coca-Cola voor ons. We kunnen zitten op een grote houten lunchtafel bij haar in de voortuin. Later komt ze met wat droogbrood uit haar keuken. Ze heeft het een beetje met ons te doen. We zien er blijkbaar heel verhongerd uit. Ik bewonder haar levensstijl een beetje. Hier is het enorm afgelegen en in de bergen. Het is vele uren lopen naar iets van een klein dorpje. Dit lijkt me een hard bestaan en ook eenzaam. Zal ze geheel alleen zijn hier, ik durf het haar niet te vragen. Ze legt uit dat je hier via Puig Ferriol naar Beget kan, maar ook rechtstreeks. De eerste optie is een paar uur langer.

.

We kiezen uiteraard voor de kortere versie. Ook vandaag hebben we weer het fenomeen “verkeerde km aanduidingen” op de aanwijsborden. Beget lijkt de ene keer dichterbij dan de andere keer. Het lijkt wel weer eindeloos lopen op paden. Het is veel bos, bos en nog eens bos. John wordt ook weer vermoeid en we lassen nog een extra pauze in. We komen een Duitser tegen die de GR11 de andere richting oploopt. John vindt dat alleen lopen wel erg Remi, alleen op de wereld. Beetje raar persoon moet dat zijn om dat alleen te willen. Nu ben ik dan zelf ook wel best veel alleen onderweg op de Camino…. Ik ben vandaag lang bedroefd dat het met John niet gaat zoals gehoopt. Het had zonder problemen zo mooi samen kunnen zijn. Ik wil het zo graag delen met iemand die ook enthousiast over hiken is. Ik zal waarschijnlijk in de toekomst nog veel alleen moeten wandelen. We komen nu beneden in het dal waar veel weilanden zijn. We zien weer eens bewoonde huizen tegen. We gaan even zitten op de grond, zonder de rugzakken af te doen. We denken dat we er al gauw zijn, we lopen verder over asfalt. Dat lijkt ook al weer lang geleden na al die onverharde wegen vandaag. Dan lopen we de grotere autoweg op. We moeten nu ook weer echt aan de kant van de weg lopen. Het moet nu toch wel ergens zijn. Het is nog even door. John wordt er niet vrolijk van. Ik twijfel een beetje over de route, dus houd ik de eerste automobilist aan. Hij stopt meteen. Hij ziet dat het menens is. Hij zegt dat we de weg kunnen blijven volgen. Daar verderop ligt Beget. Inderdaad verschijnen verderop de oude pittoreske rode daken van Beget. John is er helemaal stil van.

.

Met alle blaar problemen op zijn enkels ploft hij neer op het bankje op het kleine pleintje bij de kerk. Ik vind er ook een bar die open is, waar we een biertje kunnen krijgen. Daarna checken we in het hotel net verderop in de straat. We worden enthousiast onthaald. We hadden nog niet beslist waar we gingen eten, maar na enig aandringen van de hoteleigenaar gaan we natuurlijk hier ook eten. We kunnen er gezellig zitten op het buitenterras van het hotel met een mooi uitzicht beneden op het dal. De problemen drinken we een beetje weg. Die zijn voor morgen niet voor nu. We vieren dan ook maar weer dat we het tot hier gehaald hebben.

 Foto's wandelvakantie: Andorra '17

Geschreven 09 oktober 2017

 

Woensdag 30augustus 2017

Beget > Molló 10,3 km

GR11

Ik heb slechts geslapen omdat ik de hele nacht heb liggen woelen. Steeds gingen er gedachten door mijn hoofd: hoe moet het nu verder met John. Als ik deze morgen nog eens naar zijn blaren kijk, dan lijkt me verder lopen niet verstandig. John is nog wel hoopvol, maar ik adviseer hem om eerst langs een dokter te gaan. Bij het ontbijt vraag ik de hoteleigenaar waar John het beste een huisarts kan bezoeken. In de winter zitten hier wel huisartsen, maar tijdens de zomer zijn de praktijken hier niet bezet. Dit wordt dan waarschijnlijk dan in Campedron, een klein dorpje verderop. We zitten hier nogal afgelegen en ik vraag meteen naar de optie om naar Barcelona te reizen vanaf hier. John voelt zich hierdoor meteen als grofvuil op straat gezet. Dat was natuurlijk niet de bedoeling. Ik ga natuurlijk ook voor een oplossing waarbij we nog gezamenlijk vakantie kunnen vieren. John kan met de taxi snel naar Ripoll en daarna gemakkelijk door naar Molló. Ik doe vandaag een korte etappe, en dan zien we elkaar vandaag aan het begin van de middag weer. Daarna zien we wel weer verder. Alles stap voor stap, net zoals de Camino. Zoals gezegd vertrekt John even later met een taxi van het kerkplein en ik wandel daar weer verder over de GR11. Ik loop min of meer dezelfde route als John met de taxi gaat. Hij kan dan ook zien dat de GR11 de slingerende autoweg een paar keer doorkruist. Ook ziet hij dat het door een prachtig golvende vallei gaat, waar de bomen al lichte herfstkleuren krijgen. Vandaag loop ik langs een aantal kleine plaatsjes. Ik kom veel wandelaars tegen op deze gemakkelijke etappe. Ik wandel achterlangs vakantiehuisjes. Er is ook een receptie. Ik hoop ergens koffie te vinden. De deuren zijn allemaal dicht, en blijven dat ook als ik aanbel. Verderop in een washok is een vrouw bezig met de was. Zij doet me de laatste hoop op koffie verliezen. Er is hier niets te krijgen. Ik klim door de huisjes en bomen verder naar boven, en kom bij meer open velden uit. Ik hoor van John dat hij inmiddels al bij de huisarts is geweest. Hij is wat aan het rondlopen in Ripoll en is van plan om zo de taxi naar Molló te nemen. Ik stuur nog even de gegevens van hotel Calixto aan hem door. Ik moet nu ook maken dat ik er kom, om een beetje gelijk aan te komen. Ik zet de versnelling in. Ik zie Molló al door een spleet in de heuvels voor mij liggen. Ik zoek nog even een plek uit de wind en in de zon om snel even wat te eten, mijn energie level wordt anders te laag. Daarna moet ik nog wel door het dal onderaan het dorp. Ik raak hier de rood/witte bakens even kwijt, maar ik blijf het meegenomen kaartje gewoon volgen. Zo kan er niet veel mis gaan. Ik loop heel even onbedoeld een woonerf op, maar wordt tegen gehouden door blaffende honden. Onder in het dal loop ik even over een kleine oude boogbrug over de rivier om te checken wat er op het aanwijsbord staat aan de overkant. Ik wil ook het aanwijsbord lezen wat links van mij verderop aan het wandelpad staat. Er bestaat een verschil van 400 meter naar het dorp tussen beide borden. De borden staan toch slechts maar 50 meter uit elkaar. Ik neem het langere wandelpad omhoog naar het dorp en niet de brug. Zo kom ik boven, na een stevige klim, midden in het dorp uit. Daar loop ik ook nog een keer verkeerd, en heb zo bijna het hele dorp al verkend. Net als ik het hotel nader, komt ook John met zijn taxi aanrijden. Is dit geen perfecte planning? Ik loop de taxi achterna op het voorrijpad, en loop zo het hele hotel nog even voor niets in de rondte. We kunnen nu nog niet inchecken, maar wel alvast wat eten. In de tuin verzetten we wat tafels en stoelen. Zo kunnen we, half in de zon en onder de bomen, een grote salade eten. De dokter heeft John laten weten dat verder wandelen er niet meer in zit. Hij hoopt zelf nog wel op snel herstel om misschien nog 1 etappe mee te lopen. Na de lunch kunnen we naar onze kamers en kan ik mijn bergschoenen uitdoen. Dat voelt net even meer relaxed. We hebben een groot balkon met uitzicht over het dal. Ik kan vele kilometers in het dal kijken, waar ik eerder gelopen heb vandaag. Op het balkon kan ik naar de buurtbewoners zwaaien. We kunnen een mooie balkonscene uitvoeren. De hotelgasten van naast onze kamer kunnen echter meekijken, en dat was niet helemaal de bedoeling.

.

Naast een oude kerk is er ook een klein winkeltje in het dorpje. We kunnen wat worst en brood kopen voor onze lunch morgen. We stappen een restaurant binnen. De televisie staat daar binnen aan, met geluid op hard. Er is veel local nieuws over het Catalaans referendum over onafhankelijkheid van Spanje. Deze worden hier 1 oktober 2017 gehouden. De hele tocht hebben we al veel Catalaanse vlaggen uit de ramen zien hangen. Vaak ook met opschrift: “Si, Si”. We vinden buiten op het kleine terras wat meer rust. Er staat hier wel een vrachtwagen die het uitzicht totaal verspert. Het is allemaal niet perfect vandaag lijkt het. We drinken er onze wijn, maar keren snel weer terug naar het meer relaxte hotel. We kunnen gebruik maken van het openbare zwembad naast het hotel. Aan de overkant vinden we ligstoelen en er staat nog wat zon in deze hoek. Er hangen ook veel jongeren rond het zwembad. Dit maakt het een beetje onrustig. Wij kwamen hier voor onze rust! We keren toch een beetje uitgerust terug naar het hotel. S ’avonds kunnen we genieten van een goed 3 gangen menu. Vanaf het balkon zien we dat het in de loop van de avond flink is gaan regenen.

 Foto's wandelvakantie: Andorra '17

Geschreven : 11 oktober 2017

Donderdag 31 augustus 2017

Molló > Setcases 12,7 km

GR11

Het hiken is voor John even over, maar hij heeft nog geen zin om naar Barcelona af te reizen. Een vriend van hem is voor zijn werk een week in deze stad, maar liever blijft hij nog wat in de natuur en bij mij. Het is ook vandaag geen wandelweer. Als ik naar buiten kijk, zie ik dat het gestaag regent deze morgen. John wil dan ook direct door naar Setcases met de taxi. Voor mij is de afstand ook te doen, een kilometer of 12. We kunnen de middag dan samen in het dorpje doorbrengen. Na het ontbijt check ik uit bij de receptie van het hotel. De medewerker heeft een groot televisiescherm op de balie staan, en daar zie ik dat hij buienradar raadpleegt voor andere hotelgasten die vragen naar het weerbericht. Ik ben ook benieuwd. Er is een buienradar speciaal voor Catalonië. Hij laat me deze zien, en zegt dat de bui die nu valt de laatste is voor vandaag. Ik geloof hem graag. We drinken nog eens koffie in het hotel. We zorgen natuurlijk wel dat deze nog in het inclusieve ontbijt valt qua kosten. We blijven natuurlijk Nederlanders. Dan is inderdaad de regen gestopt en het wolkendek breekt voorzichtig open. De taxi voor John komt voor rijden, ik zwaai hem overdreven uit. Ik ga weer op weg naar de witte/rode bakens van de GR11. Ik loop de straat van het dorp uit en zie een aanwijsbord GR 20 staan. Deze geeft rechtsaf aan. Nu zie ik op mijn kaartje dat ik duidelijk rechtdoor moet. Een vaag rood/witte baken van lang geleden zie ik ook verderop rechtdoor staan. Dus ik sta even in dilemma. Ik loop een stukje rechtdoor en weer terug. Dan ga ik maar rechtsaf, een aangepaste nieuwe route? Verderop komt een vrouw mij tegemoet met een hond. Ik wacht even tot ze bij de kruising is. Misschien weet zij het. Ik volg haar advies om de kortste route naar Setcases te nemen, en loop weer terug naar het aanwijsbord en negeer deze. Volgens haar is dit het pad rechtstreeks naar het dorp. Ik wil John ook niet onnodig laten wachten. Als ik achterom kijk, zie ik Molló net nog in de zon liggen, door een klein gat in de bewolking. Maar de bewolking neemt weer verder toe. Het begin te spatten en ik besluit om mijn regenkleding aan te doen. De regenjas heeft me vele €€ gekost. Het doet me enigszins deugd dat deze dan nu eindelijk ook echt gebruikt gaat worden, van waar het voor bedoeld is. De oude regenbroek heb ik nog niet vervangen. Als het weer lijkt op te knappen, besluit ik de regenkleding weer uit te trekken. Mijn wandelschoenen uit en aan doen, is best even een lastig karwijtje. Overal is het nat, dus echt zitten kan ik niet. Op een grote kei lukt het me dan toch. Na tien minuten voel ik de spatten weer, ik kan de hele zooi weer aantrekken. Weer zit ik te “medderen” met mijn regen outfit. Ik besluit ter plekke dat voor het volgend hike-reisje, dan toch ook die peperdure regenbroek met rits aan de zijkant aangeschaft gaat worden. Allemaal die vele €€ waard. De weersvoorspelling vanmorgen is dus onjuist gebleken, het gaat nu pas echt hard regenen. Ik denk dat het landschap hier in de zon mooi zou kunnen zijn, nu loop ik zonder enige bewondering door de bossen en heide. De GR11 tekens staan dicht op elkaar volgend, zodat ik in de mist net steeds de volgende kan zien. Soms zie ik ze even ook net niet en dan loop ik in een grijze massa rechtdoor, hopend op een verschijning van de volgende markering. John tekst mij dat het bij hem zonnig is. Ik kan het niet geloven. In de bossen zie ik nog even twee grote steenarenden wegvliegen van dichtbij. Ik twijfel nog een beetje, maar het eerste dorp is inderdaad Setcases. Ik zie het vanaf boven de heuvel beneden liggen.

.

Op het pad staat wel een hele kudde koeien. Normaal vind ik koeien altijd leuk, maar nu stap ik wel in de verse koeienvlaai. In loop door het langzaam stromende beekje mijn schoenen weer schoon. Ik bel John en hoor dat hij al op de kamer is en hoopt dat ik er snel ben. Met aanwijzingen van hem, weet ik waar ik precies moet zijn. In het restaurant van Hotel Le Coma schuif ik aan bij het eettafeltje van John voor de lunch. In de middag regent het pijpenstelen, dus een bezoek aan de sauna bij het hotel lijkt een goede keuze. Wij hebben de hele sauna privé, maar we voelen ons wel als aapjes bekeken, als twee andere hotelgasten voor de grote sauna buitenramen gaan staan en ons begluren. Bij het zwembad zijn we lang bezig om te ontdekken hoe een waterstraal in werking wordt gezet. We proberen te zwaaien voor een sensor, maar het apparaat weigert stoïcijns. Als het buiten eindelijk droog geworden is, gaan we nog even het dorpje verkennen. We willen niet alleen langs de hoofdstraat, en lopen dus ook wat steegjes bovenlangs de kerk. Er is weinig te beleven, maar we vinden een klein lokale bar. We drinken er een cognac en een whisky om eens wat anders te proberen dan wijn. Op één been kan je niet lopen, dus we nemen nog een tweede. Ze vallen beide, maar vooral de tweede nogal zwaar en we zijn bijna al dronken. In Spanje een restaurant zoeken dat nog open is, hoeft normaal gesproken niet zo moeilijk te zijn om half negen s avonds. In Setcases lijkt opeens wel alles dicht. Bij een kleine snackbar zie ik wat Spanjaarden eten, maar voor ons willen ze de frituur niet meer aanzetten. Ook bij andere eetgelegenheden is het opeens erg donker en gewoon dicht. We bereiden ons al voor op een nacht met honger naar bed. Ons eigen hotel lijkt ook donker als we aan komen lopen. Maar bij binnenkomst is er volop actie in het restaurant. We kunnen deze dag goed afsluiten met een 3-gangen menu. We nemen er voor de zekerheid maar spa-rood bij.

Foto's wandelvakantie: Andorra '17

Geschreven : 12 oktober 2017

Vrijdag 1 september 2017

Setcases > Refuge d’Ulldeter 8,1 km

GR11

Ik slaap vanavond weer eens in een refuge. Daar kan John met zijn pijnlijke voeten helaas moeilijk komen, dus heeft hij besloten om een nachtje alleen te slapen. Ik kan zodoende wat bagage aan hem afgeven. Ik hoef ook geen lang traject te lopen vandaag. Ik kan gemakkelijk tot elf uur wachten om John in de bus te zien vertrekken naar Ripoll. Het is dan ook opgehouden met regenen, dus het komt allemaal prima uit. John gaat kijken of hij zich ook alleen kan vermaken. Het is als het ware een experiment, aangezien John dit nog niet veel vaker heeft ervaren. Ik ga in mijn eentje op stap, voor mij is dit minder vreemd. Als het goed is zie ik hem morgen weer in Nuria. Voor hem is dat dan wel het eindpunt van de Pyreneeën. Ik loop het dorpje Setcases uit en blijf de asfaltweg steeds rechtdoor volgen naar Vallter 2000, een groot skigebied. Ik blijf ook de GR11 bakens tegenkomen, dus het valt allemaal niet te missen. Later loop ik meer langs de rivier en gaan de auto’s wat meer met S-bochten omhoog. Ik moet uiteindelijk wel weer via de autoweg met een brug de rivier over. Ik kom uit bij een grote parkeerplaats. In de winter staat het hier ongetwijfeld vol met auto’s. Nu is het helemaal leeg. Net beneden de parkeerplaats zie ik het dak van een gebouw boven de bomen uitsteken. Het zou een restaurant kunnen zijn. Ik loop dus even terug, het blijkt Hostal Pastuira te zijn. Er staan buiten een paar stoelen en ik kan er dus buiten koffie drinken. Ik zit wel op 2000 meter hoogte, dus als het zonnetje even weg is, voel ik de koelte. Voor de warme soep en Palenta met worst ga ik naar binnen, als de mist komt opzetten. Ik ben de enige klant binnen. De barman zorgt goed voor mij, wel is hij steeds andere dingen aan het doen. Ik luister dan ook alleen naar de radio die daar aan staat. Ik hoor er berichten in het Spaans, over sneeuw die vandaag hoog in de bergen gaat vallen.

 

.

Na het eten neem ik het wandel pad dat links van de autoweg met steile S-bochten bijna recht omhoog loopt. Dit klimt lekker snel. Ik ga nu meer de bergen in. Geen asfaltwegen meer. Al tegen half drie s ’middags kom ik bij de refuge d’Ulldeter aan. Ik zie al een aantal wandelaars lekker languit op bed liggen. Ze rusten uit na een stevige wandeling. Ik ben eigenlijk in het geheel niet moe. Ik tekst John: “ Het was een makkie vandaag!” Ik wil ook mijn slaapzak uitrollen, maar ik heb deze heb vanmorgen afgegeven aan John. Dat wordt lekker slapen onder een pluizig wollen dekentje van de refuge vanavond. Ik kom er achter dat ik ook mijn toilettas niet meer bij me heb. Ik kan dus even geen tanden poetsen, flossen etc. Niet echt handig en onhygiënisch. Ik kan er wel lekker heet douchen, na het inwerpen van een muntje in het apparaat. Er staat daar nog een restant van shampoo die ik kan gebruiken. In de middag ga ik beneden in de eetzaal al wat wijn drinken. Er arriveren ook al vroeg wat Amerikaanse wandelaars uit Oklahoma, die heel wat mooie wandelverhalen hebben. De 2 cowboys, de één met een cowboyhoed en de ander met lang haar, zijn al meer dan 25 dagen onderweg op de GR11. Ze zijn goed uitgerust met GPS, warme winter kleding en waterzuiveringstabletten. Ik heb dit allemaal niet meegenomen. De verhalen worden steeds sterker en het gaat op een gegeven moment over nachtelijke ontmoetingen in de bergen met beren in de Verenigde Staten. Oh ja denk ik, het blijven natuurlijk Amerikanen. Ik moet alles met een korreltje zout nemen. Bij het avondeten krijg ik nog veel informatie van ze over mijn tocht van morgen. Dat is altijd handig. Ik kan ze ook info terug geven over hun etappe voor morgen. Er eet ook een jonge Spaanse wandelaar mee. Ik heb het met ook voornamelijk over wandelen natuurlijk. Ik vind zijn verhaal bijzonder. Hij is 3 maanden geleden uit Barcelona vertrokken en heeft eerst een flink traject in Spanje afgelegd en is nu met de GR11 bezig richting de Middellandse Zee. Daarna gaat de tocht voor hem onverdroten door. Hij is van plan langs de Côte d'Azur verder Italië in te wandelen. Een heel stuk de omgekeerde route van mij eigenlijk.  Hij weet nu nog niet precies waar de tocht hem allemaal brengen. Hij hoopt nog vele jaren door te kunnen wandelen zonder einde en zonder stop. Wat lijkt mijn tripje ineens klein. Hij is ook al bezig met het verkrijgen van warme kleren, met het oog op het naderen van het einde van de zomer. Hij koopt wanten die ze hier verkopen in de refuge. Kouwe handen wil je nooit hebben in de bergen. Ik heb niets van dit alles meegenomen. Ik bel buiten nog even met John in Ripoll om te vragen of hij zich alleen een beetje kan vermaken. Hij heeft heel goed gegeten. In het Spaans heeft de ober hem kunnen helpen met keuzes voor het diner. Ik maak voor het eerst nu ook mee dat er Trail-runners in het donker met zaklantaarns arriveren bij een refuge. Ze willen de berg juist beklimmen in de spannende nachtelijke uren. Ze komen net op tijd aan, net op het moment dat wij willen gaan slapen. De lichten gaan wel om tien uur uit in de refuge. Maar ze hebben natuurlijk nog hun zaklantaarns bij zich. Ik kan in de dormitory nog net een vrij bed vinden dat vrij is. Ik klim boven op het stapelbed, naast één van de Amerikanen. Zonder slaapzak en met alleen het ruwe dekentje, kan ik prima in slaap komen. Ik zorg wel dat ik 180 graden de andere kant op slaap als de Amerikaan naast mij. Het gesnurk van hem heb ik dan niet op een halve armlengte afstand. Ik maak tijdens de nacht ongetwijfeld ook wandelaars wakker doordat ik een paar keer naar de wc moet. Toch iets te veel wijn gedronken?

Foto's wandelvakantie: Andorra '17

Geschreven : 18 oktober 2017

Zaterdag 2 september 2017

Refuge d’Ulldeter > Santuario de Nuria 11,6 km

GR11

Er zijn nogal wat enthousiaste hikers die vroeg willen opstaan, dus is er een vroeg ontbijt geregeld. Al voor 7 uur s ’morgens zitten de meeste hikers al aan de eettafel. Het personeel van de refuge heeft verse koffie met brood, jam, ei en yoghurt voor ons klaar gezet. Ik kan mezelf dus flink vol stouwen. Ik neem ook mijn bestelde lunchpakketje mee. John verwacht mij vanmiddag in Nuria, dus ik ga voortvarend van start vandaag. Buiten is het kouder dan gedacht. Het waait behoorlijk. Het is vannacht opgeklaard, en ik zie op kleine plassen een dun ijslaagje. Het voelt dan ook behoorlijk fris. Mijn mouwen van mijn vest rek ik uit, zodat mijn handen bedekt blijven. Later trek ik twee sokken over mijn handen, zodat ze niet verkleumd raken. Ik bedenk dat ik toch ook die wanten had moeten kopen gister in de refuge. Ik zet ook nog eens mijn capuchon op, om mijn hoofd warm te houden. Ik zie een hele kudde wilde gemzen op de steile bergkam voor mij uit over de keien springen. Er zijn meerdere wandelsporen die leiden naar de Col de Marrana. Ik zie van meerdere kanten kleine groepjes wandelaars lopen. Ze lopen allemaal iets harder dan mij, ik weet niet of het misschien aan mij ligt vandaag, maar het gaat zwaar vandaag de berg omhoog. Ik hoor enkele marmotten fluiten als waarschuwing voor mijn aanwezigheid. Ik zie de Marmotten echter niet, maar het geluid klinkt heel schel en hard van dicht bij. Ik blijf klimmen en loop over steeds hogere bergkammen of Crêtes. Ik zie meren ver onder mij liggen die allemaal een net andere kleur hebben. Ik zie op een gegeven moment ook de Middellandse Zee weer achter mij liggen. Dat is al heel wat etappes (10) geleden, dat ik daar was. Ik zie de contouren van Cape Creus duidelijk zichtbaar. Dit moet toch een afstand van 100 km of meer zijn. Ik loop over het hoogste punt van de Pyreneeën deze vakantie. Ik passeer Col de Vaca op bijna 2800 meter hoogte. Ik heb nu rondom mij heen overal vergezichten. Ik loop ook een tijdje over de grens met Frankrijk. Ik krijg op mijn mobiel dan ook steeds berichten binnen: “ Welkom in Frankrijk” en dan weer “Welkom in Spanje”. Op Pic de Noucrous zie ik allemaal kruizen. Vele staan er ook niet helemaal recht in de grond. Met de harde frisse wind en de uitzichten, een beetje lugubere plaats. Ik loop er snel voorbij en begin met de afdaling. Dan zie ik beneden in het dal Nuria al liggen. Het robuuste bruine gebouw,  de kapel met klooster, is van verre herkenbaar. Ik zie op de helling aan deze andere kant van de berg al weer wandelaars juist naar boven klimmen. Ik zoek een beschutte plek uit de wind om mijn lunchpakketje op te maken. Dan het laatste stukje naar beneden.

.

Er arriveert net een treintje in het stationnetje van Nuria. Ik houd de mensen nauwkeurig in de gaten die uit de trein stappen. Ik zie ook John verschijnen in de menigte.  Alweer een perfecte timing. We lopen door het voormalige klooster, en checken ons in bij het hotel. Het is hier een waar bedevaartsoord. Naast het hotel is er een klein attractiepark voor kinderen, pony’s, een meer met roeiboten etc. We bezoeken het kerkje en zetten een kaarsje op. We doen inkopen bij een supermarkt, en kopen eten en wijn. Op het grasveld voor het klooster gaan we in de zon picknicken. John wil zelfs een stuk gaan lopen. Zijn hielen zijn goed ingetaped en hij trekt alleen lage sportschoenen aan. Zo moet het wandelen wel gaan lukken ondanks de blaren. Als het in ieder geval maar niet over te moeilijk terrein gaat. We nemen de kleine skilift omhoog. Op het uitzichtpunt ziet John onder een marmot bewegen. Ik moet mijn ooglenzen wel 3x scherpstellen, voordat ik iets van leven zie. We nemen een koffie in de cafetaria boven. We pikken het tafeltje in van een vrouw uit Catalonië. Maar ze vindt het niet erg, ze komt gewoon bij ons zitten als ze terug hinkelt naar de tafel. Ze heeft een zware enkel blessure opgelopen tijdens het trial hiken in de bergen hier. Ik raad haar aan om wat ijs op de kneuzing te leggen en de zwelling te laten stoppen. Ze is alleen hier, en haar vrienden in Barcelona adviseren haar aan om niet meer verder te lopen. Wij lopen nog wel even een korte route op het terrein. Deze route bestaat uit veelal stenen afbeeldingen en beelden van de 14 kruiswegstaties. We zien o.a. “Jezus valt voor de eerste keer onder het Kruis” & “Jezus wordt aan het Kruis genageld”. We lopen onder een groot houten kruis door. Het doet allemaal heel religieus aan en het EO gehalte is hoog. We kunnen nog even in de zon liggen bij het meer, voordat de zon achter de bergrug verdwijnt. Dan koelt het best wel snel af en merken we dat we op hoogte zijn, boven de 2000 meter. We drinken in de Pianobar (geen live muziek helaas) weer eens een cognac en whisky. En dan nog een keer. Ze vallen weer zwaar. S ’avonds eten we in het luxe hotel. We komen er achter dat het buffet het toch net niet helemaal is. Er is door de eigenaar flink bezuinigd. Omdat er in Nuria maar 1 hotel staat is er geen concurrentie en dat merken we. We laten veel van het eten dat we op onze borden meenemen van het lopende buffet onaangetast liggen. Weer terug in onze slaapkamer zien we door de ramen dat er aan de andere kant van het binnenterrein een tent bevindt met een bar. Er is live muziek te horen en ze spelen veelal salsa. Als we nog beter door het donker kijken zien we dat een aantal paartjes in stijl aan het ballroomdansen zijn. Zelfs als de band om twaalf uur stopt gaat de muziek nog even door. Een d.j. draait er hele oude 70’s muziek voor een uurtje. Daarna kunnen we dan uiteindelijk proberen om in slaap te komen.

Foto's wandelvakantie: Andorra '17

Geschreven: 20 oktober 2017

Zondag 3 september 2017

Santuario de Nuria > Planoles 17,9 km

GR11

In het hotel krijgen we met een groot buffet ons ontbijt. We kunnen wederom bevestigen dat de allure van het hotel een beetje ver te zoeken is. We houden het maar op sober. Het personeel is wel aardig. John gaat vandaag terug naar Barcelona en kan een aantal dagen bij een Nederlandse vriend verblijven. Als John in het treintje naar het dal beneden stapt, begin ik aan mijn wandeltocht voor vandaag. Als het treintje dan om half elf exact vertrekt, ben ik al voorbij ons hotel en het begin van de kloof. Ik zwaai van ver overdreven naar de trein naar John. Of hij het ook ziet? Ik zie de trein in de tunnel verdwijnen. Nu is John dan definitief weg, het voelt dan ook dat ik het nu verder helemaal alleen moet doen op deze tocht. Het spoor zie ik nog wel af en toe langs het wandelpad verschijnen. Via een paar bruggen kruis ik de spoorlijn ook een paar keer. Ik zie al snel wat trailrunners zwetend omhoog klimmen. Hoe later op de ochtend, hoe meer ook groepjes wandelaars. Dit is een populaire wandelroute voor dagjes mensen naar Nuria vanuit het dal. Er zijn een paar mooi watervallen en uitzichtpunten in de kloof. Ik zie een eekhoorn over een tak springen, en het stikt van de vogels. Een stel met een kind dat net zoals mij naar beneden loopt, haal ik in omdat ze iets langzamer afdalen als mij. Zij halen mij ook in als ik wat aan het prutsen ben met mijn uitrusting. Ik blijf wat rommelen vanmorgen, dus we blijven elkaar tegenkomen. Het eerst echte dorp wat ik tegenkom is Queralbs. Ik zie het al lange tijd onder mij liggen. In het plaatsje wil ik wat drinken en eten. Ik blijf de weg naar beneden volgen, maar kom achter langs huizen uit in de achtertuin van iemand. De bewoners zitten ook hun tuin, maar erg verbaasd kijken ze niet als in aan kom wandelen. Ze kunnen me wel weer op het juiste pad wijzen naar het dorpscentrum. Ik loop wel opeens op de route van een trailrun-wedstrijd, die bezig is. Ik hoor de luidspiekers vanaf het parcours ook steeds luider. Net achter mij lopen de koplopers die bijna bij de finish zijn. Een aantal toeristen die er lopen zorgen dat ze aan de kant van het smalle straatje komen, om zo de atleten vrije doorgang te bieden. Ik zie de Finish vlaggen ook voor mij. Ik zou als eerste kunnen finishen met mijn rugzak. Een aantal toeschouwers zit mij aan te staren: “Wat moet die gozer hier!” Het commentaar door de luidsprekers wordt ook steeds enthousiaster. Net voor de finish is er ook een aftakking naar rechts. Ik neem deze afslag maar. Nog geen 10 seconden later zie ik links van mij de eerste 2 runners over de finish rennen. Ze pakken elkaars handen vast en worden dus zo beiden winnaar. Ik loop even verder een restaurant naar binnen. Ik zie een aantal mensen eten, maar het zijn de eigenaars. Voor de lunch ben ik te vroeg. Ik neem eerst maar eens rustig een bak koffie. Ik kan ook op een groot tv-scherm de Grand Prix van Monza in Italië volgen. Dan kan ik ook mijn eten bestellen. Na het eten verlaat ik het dorpje via smalle steegjes en zie dat de GR11 een smal bospaadje omhoog gaat. De trailrun-wedstrijd is waarschijnlijk vanmorgen hier ook begonnen. Ik zie namelijk overal witte plastic lintjes hangen, wat de route aangeeft voor de atleten. De drukte van het dorpje is nu snel verdwenen. Ik kom nog maar een enkele wandelaar tegen dicht bij het dorp, dan keert de volledige rust van de natuur terug. Door veel bos klim ik iets omhoog, dan wandel ik lange tijd op gelijke hoogte op de berg. Ik zie het dal links van mij waar ik eigenlijk om heen moet lopen. Ik doe er wel aan aantal uren over om aan de overkant te komen. Ik passeer mooie uitzichtpunten over het dal en loop soms langs diepe kloven. Ik blijf naast de GR11 rood/witte strepen ook de plastic lintjes van de trail-run tegenkomen. John is nu in Vic aan het rondwandelen en is de toerist aan het uithangen, voordat hij de trein neemt naar Barcelona. Het zonnetje komt net niet door vandaag, maar ik ben wel lekker hier aan het zweten. Ik zoek een goede plek om te zitten voor een korte stop. Ik vind een mooie plek naast het pad op het gras en mos. Er blijven af en toe wandelaars voorbij komen. De afdaling naar Planoles is ook af en toe stijl naar beneden. Het is zwaar voor vooral mijn knieën. De route loopt wat rommelig door het bos. Soms grote paden, dan weer smalle paadjes, achter langs wat huizen. Ik mis ook het bordje van een refuge net van de route af. Zo mis ik ook mijn koffie.

.

Dan zie ik bordjes richting camping staan, ten teken dat ik het einde nader vandaag. Ik ben van plan om vandaag weer eens mijn tentje op te zetten. Ik kan een plekje vinden dicht bij de receptie achter een heg. Ik kan lekker douchen en wat kleren wassen. Aan mijn tentlijnen kan ik ze weer drogen. Er vindt een grote barbecue plaats op de camping maar ik ga naar beneden naar het dorp Planoles. Via een wandelpad omlaag en achterlangs kom ik uit bij het pleintje en de kerk in de oude dorpskern. Ik vind er een gezellig cafeetje met terras half onder de platanen. La Casino. Er wordt kaart gespeeld, dus het heeft wel iets weg van een Casino. Ik zoek een plaats juist in de zon en bestel een lokaal biertje. Ik check ook even voor vanavond een restaurant bij het spoorstation, La Cantina genaamd. Maar de eigenaars zijn op vakantie en deze zijn gesloten. Ik ga dus weer terug naar het eerdere restaurant. Betere keus heb ik niet vandaag. Ik ga daar nu naar binnen en kan op de grote televisie terug zien dat Max Verstappen 10e geworden is vandaag. Weer bij de tent boven merk ik op dat het op de camping wel heel donker geworden is. Er brandt geen enkel lampje meer. Ik denk dat ik de enige bewoner ben hier op het terrein. Ik hoor best wel wat lichte regen spatjes op mijn tentdoek tikken. De straatlantaarn die aan de andere kant van de heg op de openbare weg staat, brengt iets te veel oranje licht in mijn slaapvertrek. In het dorpje zijn iets te veel honden die s ’nachts met elkaar communiceren.

Foto's wandelvakantie: Andorra '17

Geschreven : 24 oktober 2017

Maandag 4 september 2017

Planoles > Puigcerda  27,5 km

GR11

De camping Masia Can Fosses ligt op ruim 1100 meter hoogte. Op deze hoogte koelt het s ’avonds behoorlijk af. Mijn tent is niet helemaal geschikt voor lage temperaturen. Hij is wel heel licht, maar isoleert niet heel erg goed. In de vroege ochtend begin ik het koud te krijgen. Ik heb eerder vannacht een T-shirtje aangetrokken maar het helpt niet echt en ik kan niet meer slapen. De receptie met bar gaat pas om 9.00.u. open. Tegen die tijd is mijn tentje al opgevouwen en in mijn rugzak, ondanks dat deze nog niet helemaal is opgedroogd van de regen van afgelopen nacht. Gistermiddag zei de medewerkster dat het ontbijt hier niet heel veel voorstelde, alleen een simpel broodje. Maar het blijkt nu beter dan mijn verwachting is geweest. Ik kan eieren met spek naar binnen werken en een klein lunchpakketje voor onderweg meenemen. Er staat een behoorlijke lange tocht vandaag in de planning, dus ik kan een goede bodem en een reserve wel gebruiken. Bij de bar en receptie staat ook de televisie weer aan. Het nieuws gaat vooral over de IS-aanslag in Barcelona van een paar weken geleden. Er zijn nu ook herdenkingen gaande in Ripoll, een stadje hier een paar kilometer verderop, midden in de Pyreneeën. De terroristen komen allemaal uit deze plaats. De receptie medewerker vindt dat er te veel aandacht aan de aanslag wordt gegeven. Het is al lang geleden en het lijkt op tv over niets anders meer te gaan. Ze zegt: “Het is erg voor de families maar nu verder!” Ik bedenk dat John net een paar dagen geleden in Ripoll geweest is. Gezellig toeristisch dorpje! Het is vandaag maandag. De vakantie periode is voorbij, dus ik verwacht een lange eenzame wandeling. Maar al snel na mijn start komen er trail runners in mooie atletiek kleding mij voorbij rennen. Ik zie nog steeds de witte plastic lintjes van de trial-run en blijf deze ook voorlopig volgen. De GR11 gaat door een bosrijk gebied en ik moet af en toe een snelstromende beek oversteken. Ik kan de trail-hikers gewoon achterna lopen, dus ik hoef me niet zo op de route te oriënteren. Als de GR11 plotseling een smal pad en stijl omhoog gaat, zie ik dat al ruim van te voren aan de atleten, die opeens ook naar rechts afbuigen. Als er weer een paar runners mij inhalen, vraag ik ze of ze mee doen aan één of andere race. Ook wil ik weten waar gaat de tocht naar toe gaat. Ze doen inderdaad allemaal mee aan een wedstrijd en ook zij moeten vandaag naar Puigcerda. Ik kan ze niet bijhouden. Ik heb een zware rugzak op mijn rug en zij hebben een vederlichte bepakking. Wel komen er steeds minder snelle atleten voorbij. Ik bevind me nu in de achterhoede van het peloton. Ik zie het dorpje Dorria al lang voor me liggen boven op de heuvel. Het kleine dorpje dient als een soort pleisterplaats voor de run. Er staan allemaal drankjes en hapjes op lange tafels klaar voor de atleten. Ik loop er aan voorbij en kijk verlekkerd naar de drankjes. De medewerkers kijken me aan van: “Zal hij het durven om…” Ik heb zeker trek maar ik kan mij nog net inhouden. Ik heb genoeg eten en drinken mee.

.

Na nog wat kilometers besluit ik om een plekje te gaan zoeken voor mijn lunch. Ik vind een mooi grasveldje in de zon waar ik kan gaan picknicken. Ik zie op mijn meengenomen kaartje dat ik dan nu net even in Frankrijk ben. Even een uitstapje in een ander land dus. Na de lunch ben ik weer terug in Spanje. Nu blijf ik lange tijd aan die landgrens lopen. Op een meer open veld is er een soort controle post voor de deelnemers. Ze wachten nu op de allerlaatste deelnemer. Verder op het vlakke en hoogste punt van de heuvel staat nog een tafel met eten en drinken klaar. Er wordt al voorzichtig een begin gemaakt met het afbreken er van.  Dit keer wordt ik gevraagd of ik iets wat van de tafel wil. Het is ook voor mij! Ik neem een paar bekers energy drink en wat chocola. De medewerkers weten alles over de GR11 en wat ik aan het doen ben. Ik begin aan een lange geleidelijke afdaling. Er staat nu een kilometers lang hoog hek met prikkeldraad als afbakening aan de grens. Even overlopen naar Frankrijk is er niet meer bij. Ik kom Spaanse koeien en paarden tegen, maar lange tijd geen wandelaars meer. Het gaat soms over smalle paadjes in het bos en ondanks dat er weinig GR11 aanduidingen staan, lijkt het of ik moeiteloos steeds de goede kant wordt voortgestuwd. Eindelijk kom ik er weer op een open vlakte met weilanden en akkers. Ik zie een kleine berg met een stadje boven het graan uitsteken. Dit moet Puigcerda zijn. Ik loop op een landweggetje richting het dorpje Age. Daar ga ik nog even verkeerd, dat was mij nog niet gebeurd vandaag. Ik zie er wel een mooie plek om even te zitten met uitzicht op Puigcerda. Dan weer terug naar Age en via de juiste stenen weg door het oude dorpje en later de asfaltweg richting eindpunt van vandaag. Ik loop in 1x door naar het centrum van de stad. Ik moet nog even stevig klimmen, maar dan vind ik er een leuk stadspleintje. Ik bestel bij de ober eerst een koffie. Ik beloof dat ik terug kom bij hem voor de bestelling van een groot glas bier, net zoals op de tafel naast mij. Die heb ik na deze dag wel verdiend. Via mijn IPhone bekijk ik de beschikbare hotels in deze stad. Ik heb genoeg keus. Ik kom uit bij hotel Terminus beneden naast het station. Het is goedkoop, maar heeft wel een klein balkonnetje met mooi uitzicht. Na de douche klim ik weer omhoog naar het stadscentrum. Met de monorail gaat het wat makkelijker. Ik maak nog even een kleine wandeling en zie dat er bovenin in het centrum, een parkje is met een kunstmatig meertje Ik drink nog een wijntje op het terras en ga later bij een Spaans traditioneel restaurant naar binnen. Ik kan er heerlijk eten, en ga voor minstens voor drie gangen. De ober laat al zijn kennis van de Nederlandse taal op mij los. Even na 10 uur ben ik weer terug op mijn hotelkamer. Ik kan op mijn IPhone een boek lezen ter vermaak in bed. Het is een ouderwets Hollands drama: “De Buurjongen” van Jan Siebeling. Hier in Spanje kan ik er heerlijk in wegdromen.

Foto's wandelvakantie: Andorra '17

Geschreven: 25 oktober 2017

Dinsdag 5 september 2017

Puigcerda >  Refuge de Malniu 14,4 km

GR11

De receptioniste van het hotel checkt de hotelgasten in en uit, en staat tevens achter de bar. De Zuid-Amerikaanse is deze morgen druk bezig om het ieder naar de zin te maken. Er zijn veel mannen die s ’morgens hier even een bak koffie doen of een broodje eten, volgens de Spaanse traditie. Het staat er helemaal vol. Zo blijft zij dan ook heen en weer rennen tussen receptie en bar. Ik neem plaats op een klein tafeltje wat nog vrij is, en wacht rustig op mijn beurt. Ze kan mij voorzien van een croissant, een tortilla, jus d'orange en koffie. Met afrekenen van het ontbijt check ik gelijk even uit. Ik wil nog even met de monorail omhoog naar het centrum van de stad. Hij is echter "buiten werking" en ik moet dus de trap nemen. Ik voel het meteen in mijn bovenbenen. De inspanning van de laatste dagen wordt voelbaar. De winkeldeur van de supermarkt is al open, maar ik mag er om 08.27.u. nog niet naar binnen. Ik wordt tegengehouden door een medewerkster. Een paar minuten later, hoor ik door de intercom dat ik van harte welkom ben. Ik stap de winkel binnen. Ik ga nu voor een paar dagen de bergen in en ik wil zeker stellen dat ik genoeg eten bij mij heb. Ik haal een heel brood uit de schappen. Ook worst, yoghurt, een groot stuk biefstuk, winterpeen. Muesli, Koeskoes en een pak koffie neem ik mee. Mijn bagage wordt vandaag dus wat zwaarder dan de afgelopen dagen. Ik denk nu alles te hebben en keer terug naar het hotel. Ik haal mijn rugzak op en neem nog één keer koffie in de bar bij het hotel. Nog steeds staat daar de Zuid-Amerikaanse vrouw alleen te werken, het is alleen nu wat rustiger. Ik vraag of ik ook 2 kleine kuipjes boter mee kan krijgen. Ik had ze eerder vanmorgen bij het ontbijt. Ze begrijpt niet helemaal waarom. Ik zeg dat ik ze nodig heb om te koken in de bergen. Ik wil geen kilo boter op mijn rug. Ik loop via een rustige autoweg het stadje uit. Het meegenomen kaartje wijst mij de goede kant op, ik zie even geen GR bakens. Bij het plaatsje Saneja blijf ik op de autoweg, die buitenom het plaatsje loopt. Ik krijg spijt als ik later de GR11 bakens zie, die vanuit het dorpje mijn kant op wijzen. Ik had er dus wel doorheen moeten lopen. Een gemiste kans op een pittoresk dorp. Alsnog even door het dorpje lopen, zie ik niet als een optie. Het volgend dorpje wil ik niet meer deze fout maken. Ik volg voorlopig gewoon even braaf de GR11 tekens. Een onverhard pad, maakt nu een onzinnige bocht naar rechts om vervolgens weer naar links richting Guils de Cerdanya te lopen. Ik had net zo goed op de korte verharde weg kunnen blijven. In het dorpje staan meerdere wandelwegwijzers richting Refugi de Malniu. Ik vraag het een oudere meneer, maar hij weet niet welke de GR11 is. Hij weet überhaupt niet wat de GR11 is. Ik loop een paar keer heen en weer, voordat ik de juiste beslissing neem. Na het dorp begin ik aan een lange beklimming. Ik zie Puigcerda steeds verder weg weer op de top van de heuvel achter mij staan. Ik maak zelf even warme koffie. Er komt ook weer een wandelaar met rugzak mij tegemoet, ik doe het niet helemaal alleen. Ik passeer een gebied waar ooit een heel bos gestaan heeft. Door blikseminslag is het helemaal verloren gegaan. Ik loop nu door resten van eens een prachtige natuur. Nu is alles er zwart, behalve de GR11 bakens op stenen. Die zijn recent geschilderd en opvallend wit en rood. Later kleurt het bos weer groen.

.

Ik loop over grote weiden met koeien. Het plaatje lijkt meer op een Amerikaanse prairie. Verderop is er een restaurant, maar ik vind het niet nodig om daar helemaal heen te lopen. Ik heb genoeg in mijn rugzak. Een kleine refugi zie ik aan het einde van het open veld staan. In mijn GR11 boekje heb ik iets gelezen over het afhalen van een sleutel over het gebruik er van. Ik ga nog maar even door. Ik zie een jong wandelstel op de grond picknicken in het bos. Ze lijken geen haast te hebben. Het pad kronkelt vreemd langs de bomen. Net als je denkt, hoe zal het pad verder gaan, zie je net weer een volgend wit/rood teken staan. Ik bereik mijn eindstation vandaag: Refugi de Malniu. Ik heb alle tijd om te lunchen. Ik begin nog steeds niet aan mijn eigen voedselpakket. Misschien voor morgen dan maar? Het vlees blijft nog wel één dag ok voor consumptie. Ik laat het gewoon in mijn rugzak zitten. Iets beneden de refuge, staat er een douche complex. Als je naar binnen loopt, lijkt het op een donkere grot. Maar je kan er heerlijk douchen. Ik krijg hier het nieuws dat er verderop de GR11 een splinter nieuwe refuge is gebouwd. Nu had ik het plan om juist een keer in een onbemand hutje te gaan overnachten morgenavond. Daarom heb ik ook al het eten in mijn bagage. Zodra ik dit nieuws vernomen heb, besluit ik mijn eten voor morgen uit mijn bagage te nemen. Ik verzamel het in een plastic zak en dump het in een vuilcontainer hier bij de refuge. Morgen weer lekker minder bagage. Goed geregeld! Hierna ga ik even op bed liggen in de grote dormitry. De kamer op de 1ste verdieping biedt wel plaats aan 40 mensen. Er komen nog wat gezinnen met kinderen bij, dus het vult toch nog aardig op in de slaapzaal. Ik verken het gebied rondom de refuge een beetje. Ik wandel nog even naar een klein meertje. Bij het avondeten zit het jonge wandelstel, die ik vandaag eerder ben tegengekomen, bij mij aan tafel. Het zijn Duitsers en blijken de GR11 dezelfde richting op te lopen als mij. Tot nu toe was ik alleen maar wandelaars tegengekomen die de route van West naar Oost lopen. Er zijn er dus nog meer, die hetzelfde gekke idee opgepakt hebben om contra het blauwe GR11 boekje te wandelen. Dit blauwe boekje, waar overigens iedereen hier mee rondwandelt, beschrijft de route alleen van West naar Oost. Net zoals zij moet ik de wandeluren dan ook wat schatten. Hoe verhouden de klim- en daal- momenten met elkaar als je het andersom loopt etc. Er schuiven nog 3 Duitse wandelaars aan de eettafel. Het wordt dus een erg Duitse vanavond. Een ouder Duits stel loopt de GR11 van Oost naar West over enkele jaren. Ik kan ze dus best veel info geven over de route. O.a. over saint Aniol. Zij hebben dan voor mij weer informatie over waar ik nog ga komen. Je kan wel zeggen: "Een vruchtbare bestuiving". Ik ben de enige niet Duitser. De voertaal blijft wel bijna geheel Engels. Ze proberen rekening met mij te houden. Mij maakt het eigenlijk niet zo uit welke taal het wordt. Als ik in mijn slaapzak kruip, zie ik aan de overkant een vrouw met een wel heel erg jonge baby. De baby gaat zelfs aan de borst. Ik vind het dapper van het gezin om op deze afgelegen plek te komen. De baby geeft s ’nachts geen kick, dus ik kan rustig doorslapen.

Foto's wandelvakantie: Andorra '17

Geschreven 27 oktober 2017

Woensdag 6 september 2017

Refuge de Malniu (SP)  > Refuge de L’Illa  (AND) 14,8 km

GR11

Ik ben als eerste opgestaan en zie dat de borden en bestek allemaal nog op de counter liggen, als ik naar beneden kom. Ik leg netjes alles op zijn plek op de eettafel van ons. Eerder was mij verteld dat de gasten van een refuge altijd meehelpen met het klaarmaken van de eettafel en het ook weer opruimen. Ik laat mij ook eens van de goede kant zien. De medewerkster die later binnen komt lopen, is aangenaam verrast door mijn actie, en moet er een beetje om lachen. Ik kom dezelfde Duitsers weer tegen bij de ontbijttafel. Eén voor één schuiven ze weer aan de tafel. Het jonge stel heeft geslapen in hun eigen tent. Ze hebben een warme donzen slaapzakken mee, en een zwaardere tent voor koudere nachten. Onze refuge bevind zich op 2138m hoogte, hier zijn die spullen echt wel nodig s ’nachts. Bij elkaar hebben ze dus meer bagage mee als mij. Ze willen ook naar refuge de L’Illa vandaag. Ik moet dan ook wel een beetje ontzag voor ze hebben. De Duitser die alleen loopt, heeft vele wandelkaarten meegenomen. Hij legt ze uit op de tafel, en we kijken een beetje mee. Ik hoor aan zijn verhalen, dat het niet echt ver gaat worden vandaag. Hij gaat het lekker op zijn gemak doen. Als ik vertrek, zie ik al aardig wat wandelaars de heuvel op klimmen. Ze lijken niet dezelfde route te lopen, want over de heuvel heen zijn ze allemaal verdwenen. Het dal dat ik nu in loop zit vol Marmotten. Ze lijken niet echt bang van mij, want ik kan ze van dichtbij zien. Ze genieten net als mij van het zonnetje, ondanks dat de vorst vannacht heeft hier wel weer ijs op plassen heeft gecreëerd. Helemaal beneden in het dal staat er een berghutje. Dicht bij het hutje staat een kudde schapen. Er staan ook honden bij die naar mij blaffen. Om geen last te krijgen van de honden, ga ik niet kijken of er eventueel koffie is te halen in de hut. Ik weet ook niet of er wel iemand aanwezig is. Ik klim weer verder de volgende heuvel op.

.

De mist lijkt op te zetten van uit de andere kant van de berg, maar ik blijf in het zonnetje lopen. Ik loop vlak langs mooie blauwe bergmeertjes. Zwemmen lijkt me nu helaas iets te koud. Er lopen wat paarden los rond, en ik kan er mooie foto’s van maken. John vliegt bijna terug naar Nederland, en ik kan hem een mooie foto sturen van hier en nu! Hij vindt het een raar idee dat hij vanuit Barcelona straks over de Pyreneeën vliegt, wetende dat ik daar dan ergens onder rondloop. Na de volgende pas loop ik wat vage rood/witte strepen achterna. Ze lijken minder duidelijk dan eerder op de dag. Ik loop nog even door en ik kijk nog eens op mijn wandelkaartje. Ik weet dan zeker dat ik niet meer op het juiste pad loop. Ik keer weer terug naar de betere laatste geverfde tekens. Ik kan mij maar moeilijk oriënteren welke kant ik op zou moeten gaan. Na even zoeken zie ik dat ik inderdaad een afslag gemist heb. Het wordt mij duidelijk dat ik de berg recht voor mij later helemaal naar boven moet. Ik vraag het aan 2 Italianen die er net vanaf komen gewandeld. Ze zeggen dat het inderdaad deze route is: “Easy way, easy way!” Bij een rivier ga ik lunchen. Ik maak warme koffie klaar en ga zitten midden op een grote kei, midden in het riviertje. Ik begin later aan de laatste beklimming van vandaag. Ik zie de onbemande refuge staan bij een open vlakte. Hier zou ik dan bivakkeren als ik niet gekozen zou hebben voor de nieuwe refuge boven. Ergens wel jammer, want dan had ik ook eindelijk mijn koekenpannetje kunnen gebruiken. Ik vrees dat hij nu ongebruikt blijft deze vakantie. Ik zie iemand op het open veld, vlak bij een ander riviertje staan. Ik loop die kant op, maar ik kom hem niet meer tegen. Hij is uit het zicht verdwenen. Ik moet even zoeken naar het vervolg van de GR11. Ik steek dit andere riviertje over, en ga daar kijken in het bos. Het pad wordt kleiner en onduidelijker. Ik keer uiteindelijk weer helemaal terug bij het open veld. De verdwenen man heeft mij op een dwaalspoor gebracht.  Dan zie ik voorbij de onbemande refuge wel weer de rode/witte bakens. De beklimming naar Andorra gaat over een zeer mooi pad, steeds langs de rivier naar boven. Er zijn mooie watervalletjes en af en toe een pool. Ik moet even nodig voor boodschap nummer 2. Ik maak mijn eigen toilet verderop in het bos. Ik denk dat niemand hier ooit geweest is, of ooit gaat komen. Ik voel me heerlijk vrij in de natuur! Een stuk meer naar boven ga ik weer even zitten voor een korte snack. Ik heb nog gedroogde pruimen en vijgen uit Nederland in mijn rugtas. Dus ik loop hier al een tijdje mee. Ze komen nu goed van pas, om mijn honger wat te stillen. Later houdt het bos op, er staan af en toe nog wat struiken. Als ik arriveer boven op de pas, ben ik ook meteen in Andorra. Ik kom bij het bord wat zegt: “Andorra <> España” 2517m.

 

Geschreven : 3 november 2017

Foto's wandelvakantie: Andorra '17

Vervolg zie:   Andorra